Selecteer een pagina

Participatie en de toekomst van het landschap

Handvaten bij de nieuwe Omgevingswet

Advies, Communicatie, Community, Maatschappij, Marketing

Gemeenten moeten de komende jaren een ‘omgevingsvisie’ opstellen. Dit is een nieuw instrument uit de Omgevingswet die in 2021 van kracht wordt. Participatie is daarbij een vereiste. Veel gemeenten worstelen met dit concept, ook omdat niet omschreven staat hoe ‘participatie’ precies moet worden geïnterpreteerd en uitgevoerd.

De omgevingsvisie omvat alle ruimtelijke aspecten van een gemeente, waaronder landschap. Een integrale kijk op cultureel erfgoed biedt kansen om in de omgevingsvisie de identiteit van een gebied te duiden en te verbinden met ambities voor de toekomst. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed stimuleert dit en heeft daartoe het project ‘Gewaardeerd Landschap’ gesubsidieerd. Hierin wordt een methodiek gebruikt om de landschappelijke kwaliteiten te achterhalen van vier pilotgemeenten, te weten Heiloo, De Wolden (dorpen Ruinerwold en Koekange), Wierden (kernen Notter en Zuna) en Leudal (kernen Neeritter en Ittervoort). Voor elke gemeente is een landschapsbiografie opgesteld en zijn met behulp daarvan in een participatietraject met de bevolking de landschapskwaliteiten benoemd. Die kwaliteiten hebben we geoperationaliseerd in ‘ontwerpprincipes’.

Edwin Raap:

Het leidt tot discussie tussen belanghebbenden en inzicht in wensen tussen burgers en partijen die voorheen niet of nauwelijks met elkaar in gesprek raakten.

Kwaliteiten

Deze aanpak leidde snel tot resultaten en geeft gemeenten inzicht in wat bewoners in hun landschap waarderen. Deze landschapskwaliteiten koppelen we aan toekomstige ontwikkelingen in de gemeente. Zodoende ontstaat een gedragen beeld over hoe de gemeente toekomstige ruimtelijke opgaven tegemoet kan treden en daarbij landschapskwaliteiten kan benutten. We stelden samen met bewoners een landschapsbiografie op en gaven handvatten (de ontwerpprincipes) voor de toekomstige omgang met kernkwaliteiten. We koppelen die aan de ruimtelijke opgaven van de gemeente zoals energie, water en infrastructuur.

De omgevingsvisie is een nieuw instrument dat gemeenten moeten opstellen. Daar kunnen ze ondersteuning bij gebruiken, onder meer bij het verplichte onderzoek naar omgevingswaarden, waar landschap en erfgoed onder vallen. De wet schrijft bovendien voor dat er een participatief proces aan ten grondslag moet liggen. Ook daarin zijn gemeenten zoekende. Voor landschap en erfgoed kunnen landschapsbeherende organisaties een helpende hand bieden door zowel het participatieproces te organiseren als met bewoners de kernkwaliteiten van hun landschap te benoemen via de bovengenoemde landschapsbiografie. Vervolgens worden deze gekoppeld aan toekomstige ruimtelijke opgaven.

Onze aanpak

We stellen bij Natuurlijke Zaken samen met bewoners de landschapsbiografie samen, komen op basis daarvan tot het opstellen van de kernkwaliteiten van het huidige landschap en gaan die vervolgens omzetten in de ontwerpprincipes. Dit kan worden ingebracht in de omgevingsvisie en uitgewerkt in het omgevingsplan. We verbinden verleden met het heden en vooral: met de toekomst! Eén van onze ambities is het in topconditie houden en toekomstbestendig maken van erfgoed.

We hebben bij de subsidiegever voorgesteld om twee zaken te combineren: participatie en onderzoek naar omgevingswaarden, die beide in de nieuwe wet worden voorgeschreven. Innovatief is dat we daarnaast de opgehaalde waarden en wensen omzetten in ontwerpprincipes, zodat we verleden en heden aan elkaar knopen. Onze ‘producten’ zijn niet beperkt tot de eerder genoemde landschapsbiografie. We zetten ook in op een landschapsmatrix, participatie(-bijeenkomsten), een omgevingsvisie en ontwerpprincipes.

In gesprek

We zetten erfgoed duurzaam in voor de toekomst. We zorgen voor draagvlak, kennisvermeerdering rondom landschap, procesbegeleiding, kortom: we ontzorgen de klant voor dit werk. Voor werk waar veel gemeenten nog zoekende in zijn, bieden wij een pasklare oplossing via een landschapsbiografie en ontwerpprincipes in een participatieproces. De pilotgemeenten zagen meerwaarde in deze vorm van participatie en gaan naar verwachting ook op andere, concretere onderwerpen dergelijke participatieprocessen in te zetten. Het leidt tot discussie tussen belanghebbenden en inzicht in wensen tussen burgers en partijen die voorheen niet of nauwelijks met elkaar in gesprek raakten.

Voor elke gemeente is een landschapsbiografie opgesteld van de deelnemende kernen (in Heiloo voor de hele gemeente). Samen met de vastgestelde landschapskwaliteiten en ontwerpprincipes vormen zij de kern van het eindrapport voor de gemeenten. Voor drie van de vier gemeenten is daarnaast een visualisatie gemaakt van het landschap van vier momenten in de geschiedenis: rond het jaar 500, 1500, 1850 en 2000. Een zogeheten landschapsmatrix geeft daarnaast in één oogopslag zicht op de landschapsontwikkeling. De vier pilots hebben veel nieuwe inzichten opgeleverd over praktisch nut van landschapsbiografieen en het inzetten ervan voor ontwerpprincipes. De in het voorjaar van 2019 te verschijnen Handreiking en Factsheet zet het allemaal nog eens op een rijtje voor een breed publiek.

468

Reactie verzenden

Share This